Het Friese Recht

Het Friese Recht: Lex Frisionum

Yn 'e âlde tiden hiene Friezen in tige sterke bonding mei elkoar en in relatyf hege status as fergees wenjen yn strateleare maatskippij. Ek yn 't gebiet fan seksje wie alles frijer. De ynwenners fan it Fryske gebiet moasten lykwols noch altyd mei it Frysk en foarstelde rjocht hâlde. It Fryske stamferjocht waard skreaun yn 800, mar wie al jierren yn gebrûk. Trouwe wie tige rigid yn 'e tiid, mar minsken moasten mei skeel yn it gefal fan ferwamjen te fermoardzjen. Mar sizze foar josels, docht yn frije Frysk al de wei?

De Vrije Fries
 
In de oudheid hadden Friezen een hele sterke onderlinge binding met elkaar en een relatief hoge status als vrije levende in de gelaagde samenleving. Ook op het gebied van de seks ging alles er vrijer aan toe. De inwoners van het Friese gebied moesten zich desondanks toch aan het Friese én heersende recht houden. Het oude Friese stamrecht is rond 800 op schrift gesteld, maar was toen reeds eeuwen in gebruik. Het huwelijksrecht was in die tijd wel rigide, maar men mocht bij overspel bijvoorbeeld ongestraft de overtreder doden. Maar zeg nu zelf, laat die vrije Fries in vrijheid, zich eigenlijk wel beteugelen door het recht?

In die oude wetten worden allerlei vuige termen gehanteerd met betrekking tot sexuele activiteiten die niet door de beugel kunnen zoals: fornicando, adultero, moechia en stuprum, voor ontucht en overspel. Het is niet altijd duidelijk wat bedoeld wordt. Brundage (1987) geeft de officiële definities: 'fornicando' (ontucht) is een ruim begrip. Het omvat alle zondige sex, dat wil zeggen alle sex buiten het huwelijk en alle ongeoorloofde handelingen zoals fellatio en bestialiteit; 'adultero' (bij overspel) is een strikter begrip, een bijzondere vorm van ontucht, waarbij tenminste een van de twee zondaars getrouwd is met een ander.
 
Een overspeler
De Lex Frisionum (Recht voor een Fries huishouden) bevat diverse bepalingen aangaande overspel en ontucht. Artikel V.1 zegt dat een man, die zijn echtgenote betrapt tijdens het overspel, haar minnaar zelfs straffeloos mag doden. Wat er dan met de vrouw gebeurde, vermeldt de Lex niet expliciet. Maar uit bepalingen in andere Germaanse wetten en latere Friese wetten blijkt dat de bedrogen echtgenoot het recht had, ook haar te doden. Titel IX gaat dan over hoererij. Voor ontucht ('fornicando', IX:1) moest de vrouw een boete betalen aan de koning. Waarschijnlijk wordt hier de ongetrouwde vrouw bedoeld, die niet onder het oordeel van een echtgenoot of vader valt. Een andere bepaling gaat over het met geweld tot je nemen van een ongetrouwd meisje ('virginem', IX:8). Daarvoor moest de man dan wel zeker boeten. Dezelfde Titel IX bevat ook straffen voor het onteren van de slavin van een ander. Daarvoor moest ook een boete betaald worden, niet aan de slavin zelf, maar aan haar eigenaar.
Lex Frisionum op 't klooster te Stavoren

De Lex geeft ook nog een uitputtende opsomming van de boetes voor een groepsverkrachting (IX:3-7). Noch in de Lex Frisionum, noch in andere Germaanse wetten, wordt onderscheid gemaakt tussen getrouwde en ongetrouwde mannen. Het maakte kennelijk niet uit of de man nog een echtgenote thuis had zitten of niet. Van tal van koningen is zelfs bekend dat ze er openlijk concubines op na hielden. Als uit zo'n verhouding dan een kind voortkwam, golden daarbij weer allerlei complexe erfregels. In de vroege middeleeuwen waren derhalve tal van theologen druk met het opstellen van penitentieboeken. Vol met straffen die biechtvaders moesten opleggen aan zondaars. Vooral sexuele overtredingen kwamen daarin uitgebreid aan bod. Al deze wetgeving was nodig, omdat de maatschappij uiterst gevoelig in elkaar stak op dit punt. Het afslaan van het geslachtsdeel betekende bijvoorbeeld het betalen van een volledige weergeld boete, een half jaarsalaris. 

Drukwerk 1730
Sex buiten het huwelijk was uiteraard verboden, maar ook binnen het huwelijk waren er vele restricties. Sex mocht vaker niet dan wel en het was zeker niet de bedoeling er plezier aan te beleven, zelfs als was je netjes met elkaar getrouwd. Overtreders moesten vasten of zich lange tijd onthouden van vleselijke contacten. Brundage (1987) geeft een fraai overzicht van al die beperkende regels uit het Europa van 600-1000. Echter, in de Lex Frisionum, is daarvan niets meer terug te vinden. De Lex is op het gebied van sex tamelijk coulant. Ontucht en verkrachting werden bestraft, maar voor het overige zien we geen enkele beperking voor de Friezen. De Lex Francorum kent een straftabel die toch wat hoger ligt en de Lex Saxonum ligt heel laag. Wat betreft de vrijheden van de Fries dient men overigens wel te bedenken dat men op elkaars lip hing en in het buitengebied op een heim woonde met vee en de gehele familie dicht bijeen rondom. Maar dan hebben we de tarieven voor het afrukken van de hoofdhuid nog niet eens genoemd, uit het 'normale' strafrecht. Het Friese kookboek van de rechtspraak maakt duidelijk dat de oude samenleving toch wel erg hard in elkaar stak. Zelfs wanneer men bij geboorte de relatief hoge positie als vrije Fries had, diende men zich toch netjes aan alle strikte regels te houden.
In de tijd van Floris V ging het er nog ruiger aan toe op het gebied van ontrouw. Edelen meende in de donkere middeleeuwen zelfs elkaars vrouw eenvoudigweg te 'bezitten'. Weigering betekende de doodstraf. Zie daarvoor: Over Gerard van Velsen en Floris V

Julius Smidt van Gelder